Over eiwittransitie en people skills

Futureproof Sustainability Frontrunners - a series

Maak kennis met onze zomerserie over en met sustainability frontrunners. Doel van de serie is de zichtbaarheid van de voorlopers op het gebied van zero emission en hun aanpak te vergroten en de followers te inspireren. Hoe vullen zij hun rol in? Welke adviezen geven ze?  

Vandaag: Kwafo Acquaah Arhin, Adviseur Duurzaamheid bij Albron. Albron is de grootste onafhankelijke Nederlandse cateraar met ca. 1000 locaties en 4.500 medewerkers. Kwafo houdt zich sinds 2017 binnen Albron bezig met drie duurzaamheidsdoelstellingen. Naast CO2-reductie, zijn dat eiwittransitie en het tegengaan van voedselverspilling. Albron heeft sinds 2009 CO2 targets op scope 1 en 2 en streeft naar 100% reductie zonder compensatie. Voor scope 3 is de doelstelling om dit in 2030 gehalveerd te hebben. De grote uitdaging bij de eiwittransitie is opdrachtgevers en consumenten te bewegen naar een hoger aandeel plantaardige producten. Het is – gegeven het CO2-reductie target – belangrijk om eiwitten, naast alleen op dierlijk versus plantaardig, ook op hun footprint te rangschikken. Vervolgens vraagt een klimaatvriendelijke consumptie een gedragsverandering met lange adem.  

Hoe lukt het Kwafo om frontrunner te blijven? Hoe gaat hij om met de hoge ambities? We stellen Kwafo vier persoonlijke vragen.

Wat adviseer je organisaties die starten met duurzaamheid?

Kwafo: “Het eerste advies wat ik zou willen geven is dat je op zoek gaat naar het laaghangende fruit. Wellicht een cliché, maar met deze kleine stapjes is het makkelijker om een organisatie in beweging te krijgen. Door ze te overtuigen met kleine successen kan je doorwerken richting complexere vraagstukken. En wanneer je daar bent beland, kijk je goed naar bij wie je de vraag neerlegt binnen de organisatie en op welk moment je dat doet. Als een afdeling er nog niet klaar voor is, of zich juist gepasseerd voelt wanneer ze niet benaderd worden, kan dit tot veel weerstand leiden. Een goede timing scheelt veel werk en negativiteit.

Daarnaast is het goed om te kijken naar wat je al in dit kader doet en of je dat misschien ook op een betere manier kunt doen. Werk je bijvoorbeeld al met groene stroom uit het buitenland, dan kan je onderzoeken of het mogelijk is dit uit eigen land te halen.

Ook de rest van het bedrijf speelt een belangrijke rol in deze missie en de juiste benadering binnen de organisatie is van belang. Te veel van bovenaf opleggen roept vaak weerstand op bij de afdelingen die het moeten implementeren en uitvoeren. Door van bovenaf een lange termijnvisie te bepalen, te inspireren en een adviesrol in te nemen, kan je afdelingen helpen hun eigen ideeën te ontwikkelen waar ze zelf achter staan en die goed aansluiten bij hun praktijk.”

“Zorg dat je altijd iemand hebt om mee te sparren, binnen of buiten je organisatie.”

Tot slot is het advies om de missie breed te benaderen en het hele traject goed in kaart te brengen. Als je het laaghangend fruit gelokaliseerd hebt en de korte doelstellingen van bijvoorbeeld scope 1 en 2 bepaald zijn, is het goed deze in een breder perspectief te plaatsen en ook binnen scope 3 te onderzoeken hoe dit doorwerkt. Want wellicht zorgt dat voor ‘quick wins’ die je anders gemist had.

Wat adviseer je de volgende generatie sustainability managers?

Kwafo: “Eigenlijk hoop ik dat de rol minder belangrijk wordt, omdat duurzaamheid binnen organisaties steeds meer geïntegreerd wordt en er structureel meer oog voor is. Maar met de toenemende bevolking en bijbehorende productie zal je altijd tegen grenzen en uitdagingen blijven aanlopen en zal deze rol nog steeds nodig zijn.  

Nu het nog een relatief nieuw onderdeel in de bedrijfsvoering is, is het goed om veel kennis van de inhoud te hebben en die kennis over te brengen. Naarmate kennis breder ontwikkeld wordt, zal het vooral van belang zijn om de voortgang te managen en met behulp van ‘people skills’ de organisatie in beweging te houden. Om dat te laten slagen, moet er iemand over de afdelingen heen zich met dit onderwerp bezighouden en verbinding blijft leggen met de rest van de organisatie.”

Wat adviseer je je jongere zelf?

Kwafo: “In mijn rol is sensitiviteit en omgaan met belangen en mensen heel belangrijk. Als ik iets zou kunnen veranderen, zou ik deze ‘soft skills’ eerder hebben willen opbouwen. In mijn opleiding was hier geen aandacht voor. Tijdens mijn studie ‘Milieu en Maatschappijwetenschappen’ was er veel aandacht voor de inhoud maar niet voor de persoonlijke ontwikkeling en de vaardigheden die nodig zijn om je werk goed uit te oefenen. Dat vind ik – achteraf bekeken – een gemis.”

Wat zijn je daily mantra’s?

Kwafo: “Zorg dat je altijd iemand hebt om mee te sparren, binnen of buiten je organisatie. Bij voorkeur met kennis van het onderwerp maar het is vooral van belang om dingen niet op te kroppen en te blijven ventileren wanneer het niet zo loopt zoals gepland. Een positieve houding is van groot belang om mensen mee te blijven krijgen en te motiveren en dat is bij het onderwerp duurzaamheid essentieel.  

Zoek daarnaast naar informatiebronnen waar je je goed bij voelt, soms is het lastig om qua kennis bij te blijven, te weten wat er allemaal speelt en daarbij ook nog te filteren wat relevant is of diep genoeg gaat. Het is dus echt belangrijk om tijd vrij te blijven maken om je kennis ‘up to date’ te houden. Een halve dag per week zou al genoeg moeten zijn om zicht te houden op de ontwikkelingen. Het werkveld van Albron is gelukkig heel breed met veel kennis bij opdrachtgevers, dus blijven praten met hun specialisten is zo’n manier om op de hoogte te blijven.”

Met deze serie willen we als nlmtd.com sustainability rolmodellen in de spotlight zetten; welke personen geven leiding en inhoud aan de sustainability ambitie binnen organisaties (wie zijn dat en hoe doen ze dat, in welke mate verschillen ze van elkaar, en wat is de reden daarvoor). Ben of ken je een sustainability leader die niet mag ontbreken? Neem contact op met ons: suzanne@nlmtd.com of daisy@nlmtd.com.

Meer inspiratie

Start vandaag nog met werken aan morgen.

TOP