Maak kennis met onze zomerserie over en met sustainability frontrunners. Doel van de serie is de zichtbaarheid van de voorlopers op het gebied van zero emission en hun aanpak te vergroten en de followers te inspireren. Hoe vullen zij hun rol in? Welke adviezen geven ze?
Vandaag: Bram Adema, Founder & Managing Director bij CFP Green Buildings, Member of the Board bij Dutch Green Building Council (DGBC) en Board member bij MVO Nederland. Bram heeft 14 jaar bij Stork gewerkt en namens Stork een joint venture opgericht met Essent, een internet startup, om gebouwen te verduurzamen, waarbij een financieel voordeel het belangrijkste uitgangspunt was. “Dat was in 2001 en in die tijd zat nog niemand daarop te wachten.” In 2005 heeft hij vervolgens CFP opgericht. Na de realisatie in 2012 dat de aanpak met consultants te langzaam ging, besloot hij om consultancy te automatiseren zodat iedereen zijn gebouw kan verduurzamen, waardoor ze nu 400.000 in plaats van 2.000 gebouwen verduurzamen per jaar.
Wat is het belang van ‘best practices’? Wie is de ‘Godfather’ van sustainability? En waarom is adaptiviteit en flexibiliteit belangrijker dan het demonteerbaar maken van gebouwen? We stellen Bram vier persoonlijke vragen.
Wat adviseer je organisaties die starten met duurzaamheid?
Bram: “Ik denk dat als je nu begint, je voor jouw duurzaamheidsvraagstuk de ‘best practices’ moet opzoeken. Wie heeft er voor hetzelfde vraagstuk gestaan en hoe hebben ze dit opgelost? Er zijn wel vaker onoplosbare problemen opgelost door slimme mensen met een creatieve manier van denken. Ga op de schouders staan van mensen die het eerder hebben gedaan en voeg daar je eigen slimheid aan toe. De ‘best practice’ van een ander bedrijf is een goed startpunt.
Vaak wordt duurzaamheid gezien als iets aparts, maar het moet eigenlijk onderdeel zijn van de vastgoedstrategie of bedrijfsstrategie. Kijk bijvoorbeeld naar de grondlegger, de ‘Godfather’, van sustainability; Ray Anderson, oprichter van Interface. Hij zei in 1992, dus 30 jaar geleden, dat hij tapijttegels wilde maken die de wereld een betere plek maken. Inmiddels hebben andere bedrijven zoals bijvoorbeeld Desso en OVG, dit gekopieerd. Hij heeft duurzaamheid een integraal onderdeel gemaakt van de bedrijfsstrategie. Je moet net zo lang zoeken totdat duurzaamheid jou een beter bedrijf, een beter ziekenhuis, een betere gemeente maakt, want dan pas kan je er serieus geld aan uitgeven.”
“Als je nu niet in actie komt is achterblijven duurder dan vooroplopen.”
Ik ben opgegroeid in een boerendorp. Daar had je twee soorten van duurzaamheid: de duurzaamheid van de boeren en de duurzaamheid van de buitenlui. De tuinders en de boeren hadden een praktische duurzaamheid. Als ik goed voor het land zorg, dan zorgt het land goed voor mij. Die praktische duurzaamheid zit voor een deel ook in mij. Als wij niet goed voor de aarde zorgen, dan gaat de aarde niet goed voor ons zorgen. Het tweede type duurzaamheid is de schoonheid van de natuur. Duurzaamheid is volgens mij niet gebaat bij ‘ergens tegenaan trappen’. Ik heb er niks aan om tegen 300.000 gebouwenbezitters te zeggen; ‘jullie zijn allemaal stom, want jullie voldoen niet aan mijn duurzaamheidsideaal.’ Ik adviseer mensen te verduurzamen op een manier die zo min mogelijk pijn doet, en zoveel mogelijk rendeert, en die bij voorkeur ook hun doelstellingen invult. Voor gebouwen zijn gezondheid en comfort veel belangrijkere drivers dan een vage ambitie. Dus ik sluit aan bij gezondheid en comfort. Het past niet om doelstellingen te stellen, die onhaalbaar zijn of waar mensen nooit aan mee gaan werken. Ik ben wel steeds op zoek naar manieren hoe we die minste weerstand richting duurzaamheid kunnen krijgen. Wetten zijn dwingend. Als je nu niet in actie komt is achterblijven duurder dan vooroplopen.”
Wat adviseer je de volgende generatie sustainability managers?
Bram: “In 2050 is de volgende generatie sustainability managers bijna met pensioen. We moeten ons voorbereiden op een wereld waarin 10 miljard mensen leven, dat is 1,5 keer zoveel als nu. Dit is enorm en kan alleen maar als we stoppen met het gebruik van ‘virgin materials’. Het is onze taak om in kaart te brengen welke ‘virgin materials’ we nu gebruiken en dan daarmee stoppen. Als we dat niet vrijwillig doen, worden we wel gedwongen door Corona of een andere crisis.
Daarnaast is het van belang dat gebouwen voor meerdere functies gebruikt kunnen worden. Kijk naar de grachtenpanden of kastelen, die hebben veel functies gehad. Adaptiviteit en flexibiliteit is belangrijker dan het demonteerbaar maken van gebouwen. Het demonteren van gebouwen kost weer heel veel energie en geld en tijd. ‘Barbapapa in een vegan huis of gebouw’ is een mooie metafoor voor wat we willen. We willen van standaardeenheden in de Bijlmer naar Barbapapa in een vegan gebouw.”
“Ik voorspel dat we over 20 jaar eerst rapporteren over CO2 en grondstoffen, dan over gezondheid, en daarna pas over winst.”
“Een van de grootste verrassingen van het afgelopen jaar is dat duurzaamheid niet op een laag pitje komt te staan terwijl er een ramp plaatsvindt. Voor het eerst in de geschiedenis wordt het oplossen van het probleem gelijkgesteld aan duurzame doelstellingen en zelfs bijbehorende investeringen. Onze opvolgers hebben misschien wel duurzaamheid als eerste doel en daarna pas de winst. Kijk naar de ‘bijna ongelukken’ rapportages op raffinaderijen; elke raffinaderij houdt het aantal dagen bij dat er voor het laatst een ‘bijna ongeluk’ plaatsvond. Ik voorspel dat we over 20 jaar eerst rapporteren over CO2 en grondstoffen, dan over gezondheid en daarna pas over winst. Bij de volgende generatie wordt dat je DNA en dus een heel ander verhaal. Hoe je dit nu al kan bereiken? Ga op zoek naar de ‘best practices’; bedrijven die nu al eerst naar de duurzaamheid kijken en dan naar de winst. We zijn zelf een missiegedreven bedrijf. Laatst was er een VC die vroeg: ‘What about your bank account, wouldn’t you like 10 mln?’ Blijkbaar zijn er nog steeds mensen die onder een steen hebben liggen slapen, die niet denken aan de toekomst. Bij ons is financiële rentabiliteit een voorwaarde voor grootschalige investeringen, maar niet het doel.”
Wat adviseer je je jongere zelf?
Bram: “Ken je het verhaal van de nachtzuster in Australië die aan haar patiënten vroeg naar de ‘top five regrets of the dying’? Dat zijn ook mijn regrets.
Daarnaast denk ik dat ik tegen mezelf zou zeggen dat je niet iets kan zijn wat je niet al bent. Als het in je zit, komt het er wel uit, als het niet in je zit, ren je achter een luchtkasteel aan. Vroeger werkte ik van 6:30 tot 22:00 uur en was ik nog niet klaar. Dit heeft me veel gekost. Ik werk nog steeds veel, maar niet meer met die spanning.
Mijn advies: Ga voor je droom(baan).
Mijn advies: Ga voor je droom(baan). Ik vraag mensen altijd wat ze in het diepste van hun hart over 10 jaar willen zijnen als dit matcht bij onze doelstellingen, zorg ik ervoor dat ze er over 5 jaar al zijn. Bij sollicitatiegesprekken krijg ik vaak als eerste antwoord wat ze vinden dat ze over 10 jaar zouden moeten zijn. Als ik dan doorvraag, krijg ik een ander verhaal te horen. Een sollicitant gaf aan het liefste meubels te willen maken,maar hij was bang dat dit zou mislukken. Ik zei hem: Ga ervoor! De reden waarom ik dat zeg, is dat het ons – en ieder ander – bedrijf erg helpt om met mensen te werken die op weg zijn naar hun droombaan. Al onze mensen zijn gemotiveerd en we gaan ervan uit dat je bij ons blijft zolang het zin heeft voor jou. Bij Stork deed ik wat ik vond dat ik moest doen, niet omdat ik het wilde doen, want dan had ik minder reorganisaties gedaan en meer startups.”
Wat zijn je daily mantra’s?
Bram: “Wees niet te bang. Probeer het maar. De ramp die je voor je ziet, betekent niet dat die ook op het punt staat te gebeuren. Dit heet in de psychologie ‘ramp cognitie’; de wetenschap dat de ramp zich kàn afspelen. Vraag jezelf dus af of je daadwerkelijk op het punt staat van de klif te vallen of dat je nog 100 meter van de klif afstaat en je jezelf alleen maar inbeeldt dat je ervan af valt. Als je goed inziet wat de risico’s zijn, kun je gerust een stapje naar de klif toe zetten. Die 10 meter extra zorgt er misschien voor dat je een trap of brug ziet die je anders niet zou zien. Meestal weerhoudt onze angst ons van stappen te zetten die ons verder helpen. Dat is niet meer risico’s nemen, maar onrealistische angsten herkennen.
Een tweede mantra is: Kies. Meestal zijn de dingen die goed voor je zijn, niet altijd leuk zoals hardlopen, minder drinken, gezond eten, minder werken. Je weet best wat goed voor je is. En als je je er een tijdje niet aan houdt, zit je zelf met de gevolgen. “
Met deze serie willen we als nlmtd.com sustainability rolmodellen in de spotlight zetten; welke personen geven leiding en inhoud aan de sustainability ambitie binnen organisaties (wie zijn dat en hoe doen ze dat, in welke mate verschillen ze van elkaar, en wat is de reden daarvoor). Ben of ken je een sustainability leader die niet mag ontbreken? Neem contact op met ons: daisy@nlmtd.com of laetitia@nlmtd.com.