Maak kennis met onze serie over en met sustainability frontrunners. Doel van de serie is de zichtbaarheid van de voorlopers op het gebied van zero emission en hun aanpak te vergroten en de followers te inspireren. Hoe vullen zij hun rol in? Welke adviezen geven ze?
Vandaag: Reinout Wissenburg, bijna 2 jaar Manager Strategic Sustainability bij ProRail. Daarvoor was Reinout werkzaam als Sustainability Manager bij Stedin, waar hij namens de netbeheerders mee-onderhandelde over het klimaatakkoord. Tijdens die gesprekken werd hem duidelijk dat andere sectoren nog een stuk minder ver waren in het omarmen van duurzaamheid, waaronder de mobiliteitssector. Voor Reinout motivatie om zich aan te sluiten bij ProRail, en concreet aan de slag te gaan met klimaatbewustzijn binnen de sector.
Duurzaamheid is een van de drie strategische pijlers van ProRail; Verbindt, Verbetert en Verduurzaamt. Zeven jaar geleden werd het team ‘duurzaamheid’ opgericht, destijds vanuit milieu en milieuzorg (effect op bodem, geluid, trillingen, natuur); volgens Reinout een mooie traditionele ontwikkeling: “ProRail is begonnen met ‘hoe hou ik me aan de wet’ (compliance) en via ‘hoe verminder ik mijn impact’ nu bezig met ‘hoe krijg ik positieve impact’. Dat we er als ProRail vroeg bij waren met ons bewustzijn over duurzaamheid komt omdat we een sterk maatschappelijk gedreven organisatie zijn. Dat gaat veel verder dan hoe wij er baat bij hebben: de ‘what’s in it for us’ vraag wordt bij ProRail niet vaak gesteld. Zo hebben wij bijvoorbeeld aan de basis gestaan van de ontwikkeling van CO2 prestatieladder en duurzaam werken.”
Moet je een optimist en/of idealist zijn als frontrunner? We spreken met hem over de transitie van het footprint denken naar het ‘echte’ transitie-denken. ‘Jan Rotmans zal er wat van vinden’, merkt hij lachend op. We stellen Reinout vier persoonlijke vragen.
Wat adviseer je organisaties die starten met sustainability?
Reinout: “Start. Dat is het. Denk er niet te lang over na. Probeer het niet te perfect te doen. Doe iets wat je onderbuik je ingeeft. Ga dat doen. Daar leer je van. Handen uit de mouwen.”
“Start. Denk er niet te lang over na.”
Wij vragen hem of hij dat zelf ook zo heeft aangepakt. Reinout: “Nee, absoluut niet. Ik ben iemand die erg lang kan blijven hangen. Bij ProRail heerst bovendien de neiging om eerst alles uit te rekenen. Dit advies is dus ook aan mezelf gericht.”
“Wees mild naar jezelf en naar de ander. Het hoeft niet allemaal te lukken. Urgentie en doembeelden motiveren mij persoonlijk om in actie te komen. Ik merk ook dat het risico van zo’n benadering is, dat het zó groot en belangrijk wordt, dat je denkt ‘falen mag niet meer’. Dat kan een verlammend element zijn. En dan wordt starten heel erg moeilijk. Reinout is van de David Attenborough school: “Wat is er anders dan optimisme? Je kunt maar één ding doen en dat is; gewoon proberen, in actie komen.”
We vragen Reinout naar zijn tactiek, hoe voorkomt hij bijvoorbeeld dat het bij ProRail bij rekenen blijft. Reinout: “Ik richt me op de mensen, en hun intrinsieke motivatie. Bij mij start alles met een gesprek van mens tot mens. Toen ik ooit begon met duurzaamheid zagen mensen het probleem niet. Tegenwoordig kennen alle ProRailers de problemen en de discussies, dus ik kan snel een gesprek hebben en vragen stellen als ‘wat is dat dan voor jou?’ ‘welke weerstand, if any, zit er?’. Ik wil niet dat iemand dit voor mij doet. Ik wil dat ze het voor de wereld en voor zichzelf gaan doen.
Intrinsieke commitment is waar ik op in zet. En dat probeer ik institutioneel te organiseren, bijvoorbeeld door de commitment vraag regelmatig stellen. Een focus op kansen en optimisme werkt goed. Ik durf zelfs te beweren dat de wortel veel beter werkt dan stok. Het is wortel en willen eten, niet de stok. De stok mag wat mij betreft weg. Word je er vrolijk van als iemand je slaat? Ontwikkelt iets zich? Het stokdenken zit helaas diepgeworteld in veel organisaties, ook in ProRail.”
“Ik wil niet dat iemand dit voor mij doet. Intrinsieke commitment is waar ik op in zet.”
“De grote uitdaging zit in de menselijke verandering. Hoe zorg je ervoor dat mensen dit willen; ‘mensen dit laten willen’. De klimaatcrisis is al opgelost, de oplossingen zijn er al, toch blijven we wachten op de ‘silver bullet’. De hamvraag is: ben jij bereid om iets anders te doen? Durf jij verantwoordelijkheid te nemen voor de impact die je hebt? De focus moet weg van de techniek (‘ik heb dit nodig’) en naar de mens (‘past het bij mijn mensbeeld dat ik allerlei rotzooi in de Maas flikker?’).”
Daarom is het jammer dat duurzaamheid vaak blijft hangen op het niveau van footprint reduceren. Volgens Reinout gaat het ‘echte’ transitie-denken over de vraag ‘wat is nou de bijdrage die jij als organisatie levert aan de samenleving?’. “Voor ProRail is dat duurzame mobiliteit. Dit gaat verder dan onze eigen invloedsfeer. Wij dagen onszelf uit om een duurzaam mobiliteitssysteem te bouwen.”
Wat adviseer je de volgende generatie sustainability managers?
Reinout: “Als eerste een tijdloos advies. Houd vast aan en voed je idealen. Dat wens ik iedereen toe. Houd die eigen droom levend. Omarm die. Geef die een plek. Daar kan je steeds naar teruggaan. Wees vervolgens heel vergevingsgezind. Het zal voor jou nooit snel genoeg gaan, maar dat betekent niet dat je niet tevreden mag zijn. Dan is de cynicus geboren. In iedere cynicus schuilt een teleurgestelde optimist. Daar zit verbitterde hoop. Koester die hoop. Ja, we ploeteren wat af. En ja, ik doe maar wat. En nee, ik heb niet alle oplossingen. Maar maak de toekomst net ietsje beter. En neem jezelf niet zo serieus. Dat laatste mag ieders ‘screen saver’ worden.”
“In iedere cynicus schuilt een teleurgestelde optimist.”
”In 2060 zijn er andere issues. Waar is dat milieubewustzijn ontstaan? Voor mij was dat de zure regen. Oude issues verdwijnen en worden vervangen door nieuwe. De toekomst draait – denk ik – niet om klimaat en duurzaamheid. De behoefte aan idealen blijft. Ook op bedrijfsniveau. Ik hoop dat het klimaatprobleem in 2060 een groot collectief zelfbewustzijn heeft. In 1980 ging het om ‘milieu en compliance’, nu gaat het om het klimaat. Over 40 jaar gaat het wellicht om het sociale domein. Koester en relativeer. Ik heb in mijn korte leven al zoveel issues gezien die later relevant werden. Koloniale verleden. Racisme. Dat speelde eerst echt nog geen rol. Nu willen we zo’n samenleving niet meer. Dus er komen volgende onderwerpen. En het is niet sustainability.”
Wat adviseer je je jongere zelf?
Reinout: “Neem jezelf niet zo serieus. Zie jezelf niet als redder van de wereld. Ik heb gemerkt dat ik het niet vol hou als ik superstreng voor mijzelf ben. Alle lol gaat er dan af, daar ga ik niet gelukkig van worden. Dit besef hoort – denk ik – ook bij volwassen worden. Aanvankelijk zijn idealen alles bepalend. Nu heb ik een zekere relaxedheid ontwikkeld. Ik wil ook gewoon de wereld ontdekken. Dus stap ook in een vliegtuig. Die manier van naar de dingen kijken werkt ontspannend. Heb wat plezier. We eten thuis geen vlees maar noemen onszelf geen vegetariër. Een mooi compromis.”
“Aanvankelijk zijn idealen alles bepalend. Nu heb ik een zekere relaxedheid ontwikkeld. Een ander kan zich beter spiegelen aan mij omdat ik ook niet perfect ben.”
“Ik ben blij met mijn ontwikkelingsweg. De route heeft z’n nut gehad. Ik weet nu dat angst voor falen, starten lastig maakt. En dat het belangrijk is om wortels te zaaien. Ik had het leuk gevonden om dat al eerder door te hebben. Zelfinzicht moet je toch opdoen.”
Wat zijn je daily mantra’s?
Reinout: “Don’t take yourself so fucking serious. Het zal – voor jou als idealist – namelijk nooit snel genoeg gaan. Dan kom je telkens van een koude kermis thuis.”
“Wees een optimist. Optimisme is nodig. Dat gebruik ik zelf ook om overeind te blijven. Ik kan niet zonder. Ik ken de toekomst ook niet. Dus gebruik ik mijn optimisme.”
Moet je een optimist zijn om te slagen in zo’n rol?
“Ik ken geen pessimisten in deze rol. Het zijn allemaal mensen die er met ziel en zaligheid in zitten. Met hun hart èn hun hoofd. Als je het nieuws bekijkt, voelen de dingen die jezelf doet soms zo futiel en klein en tòch is het goed om te doen.”
“In het ergste geval leer je ervan. Ik probeer aan te slaan en aan te sluiten op wat de ander nodig heeft. Als een ander een plan nodig heeft, dan doe ik dat. Ik wil die ander meekrijgen”
En idealist?
“Nee, je hebt zeker mensen die zich omschrijven als realist. Ik ken ontzettend procesmatige sustainability managers die zich bezighouden met het formele proces. Ikzelf ben een opportunistische sustainability manager, maar het zijn zeker niet allemaal opportunisten. Ik denk: iedere realist heeft toch ook een ideaal in zich. Ik neem vaak de houding aan dat ik me geen zorgen maak om de mitsen en maren. Ik kan mezelf deze luxe veroorloven, omdat anderen die mitsen en maren op tafel leggen. Mijn reactie op de vraag ‘dat is toch niet realistisch?’ is dan ook een positieve: ‘Ja, dat is nou jouw bijdrage. Ik zou het niet kunnen om alle beren op de weg te zien. Maar met z’n allen zien we alles.’ In het ergste geval leer je ervan. Ik probeer aan te slaan en aan te sluiten op wat de ander nodig heeft. Als een ander een plan nodig heeft, dan doe ik dat. Ik wil die ander meekrijgen.”
Met deze serie willen we als nlmtd.com sustainability rolmodellen in de spotlight zetten; welke personen geven leiding en inhoud aan de sustainability ambitie binnen organisaties (wie zijn dat en hoe doen ze dat, in welke mate verschillen ze van elkaar, en wat is de reden daarvoor). Ben of ken je een sustainability leader die niet mag ontbreken? Neem contact op met ons: jasper@nlmtd.com of daisy@nlmtd.com. Wil je inzicht krijgen in jouw sustainability performance en waar je het beste mee kunt beginnen? Vraag dan onze Planet Proof Kickstarter aan op: https://nlmtd.com/kickstarter